Voor muziek had ik de opdracht om een grafische partituur te maken van een bekend muziekstuk.
Hieronder zie je daarvan de uitwerking:
Luisteropdracht
Voor mijn luisteropdracht gebruik ik een grafische partituur
die ik gemaakt heb op het nummer van Brian Crain – Wind.
1.0 Grafische Partituur
De volgende aspecten
van een grafische partituur werk ik uit:
1. klank
2. vorm
3. betekenis
Aspect klank
Klankduur: tijdens
de luisteropdracht ligt hier de nadruk
op omdat sommige symbolen op de grafische partituur dicht tegen elkaar aan
zitten en andere wat verdere. Dit geeft de duur van de klanken aan. Zijn er ook
rust momenten of niet?
Klankhoogte: tijdens
de luisteropdracht ligt hier wel de nadruk op want je ziet dat de symbolen op verschillende hoogtes staan.
Klanksterkte:
tijdens de luisteropdracht ligt hier niet de nadruk op want je ziet niet in de
symbolen een verschil in sterkte.
Klankkleur: tijdens
de luisteropdracht ligt hier wel de nadruk op want je ziet verschillende
symbolen op de grafische partituur. Klankkleur is het belangrijkste tijdens
deze luisteropdracht. Je ziet verschillende symbolen die allemaal verband
hebben met wind. Door goed te bestuderen kunnen ze zien welk stuk het meeste
voor komt en welke melodie zich herhaalt.
Aspect vorm
Dit aspect bestaat
uit:
- vormprincipes
-vormeenheden
- vormtechnieken
-compositievormen
-vormprincipes:
er is sprake van herhaling van twee stukken die de hele tijd worden herhaald.
Er is elke keer variatie in dezelfde stukken in toonhoogte of toonduur. Soms
word het zelfde stuk net iets hoger gespeeld of net in een andere volgorde.
- vormeenheden:
het thema van mijn grafische partituur is wind. Zelfs als je de titel van het
lied bovenaan de grafische partituur weglaat zouden de kinderen moeten weten
waar dit lied over kan gaan. Alle symbolen die ik heb gebruikt hebben
betrekking op dit thema. De leerlingen
-vormtechnieken: er is spreke van een ostinaat. Het eerste
melodie word de hele tijd herhaald alleen dan op de achtergrond. Daarnaast zijn
er op de voorgrond nog twee stukken die de hele tijd worden herhaald. Alleen
kleine veranderingen zoals toonhoogte en toonduur zorgen voor verschillen.
- compositievormen: er komt herhaling in de grafische partituur
voor. Het eerste stuk lijkt het ‘refrein’ maar als je goed luistert is het
tweede stuk juist het ‘refrein’. Het eerste stuk is precies het zelfde alleen 1
symbool is anders die je in andere stukjes nog wel terug komt maar niet als
geheel.
Aspect betekenis
Dit aspect bestaat
uit:
- programma muziek
- eigen betekenisgeving
- functies van muziek
- programmamuziek:
de sfeer van het liedje is treurig dit kan je merken door te luisteren en door
het bestuderen van de grafische partituur. Treurige verhalen die jezelf mee
hebt gemaakt kan je hieraan koppelen of een ervaring met de regen en/of wind.
De wind is een natuurverschijnsel waar het hele liedje de nadruk op wordt
gelegd.
- eigen
betekenisgeving: Kinderen kunnen dit koppelen aan treurige verhalen van hen
verleden of een ervaring met de regen en/of wind.
-functies van muziek:
de kinderen kunnen het natuurverschijnsel wind koppelen aan andere woorden. De
kinderen zien in dat muziek emoties kan los brengen. De functie is dus
psychologisch van aard.
Ik heb op de volgende twee manieren veel betekenis aan mijn grafische
partituur gegeven:
1. de
leerlingen zien verschillende symbolen. Elk symbool geeft een patroon in
stukjes die zich kunnen herhalen. Zo zie je dat het eerste stuk zich meerdere
keren herhaalt. De leerlingen kunnen zien dat er iets verandert door alleen de
twee stukken te vergelijken op basis van deze symbolen.
2. alle
symbolen hebben betrekking op de naam van het liedje: Wind. Het liedje zelf is
heel erg verdrietig en daarom is het heel belangrijk om de juiste symbolen uit
te kiezen voor de grafische partituur. Tijdens dit lied kan je moeilijk een
grafische partituur maken met allemaal lachende gezichtjes. Dit kan
misconcepties veroorzaken over de betekenis van wind en de vorm van de muziek.
hoe luisteren de
kinderen?
De kinderen luisteren Analytisch, motorisch en creatief.
Analytisch en motorisch omdat er gebruik word gemaakt van
een grafische partituur die ze later ook zelf moeten maken. Daarnaast kunnen de
leerlingen onbewust mee bewegen met de muziek of kan deze muziek gevoelens
losmaken.
Creatief omdat de leerlingen aan het begin van de les een
tekening moeten maken over wat zij voelen en denken bij het liedje daarnaast
moeten ze ook een grafische partituur maken waar ze zelf symbolen mogen
bedenken.
Opdrachten:
De leerlingen zien op de grafische partituur die ik heb
gemaakt dat er aan het einde huisjes bruin zijn gekleurd. Ik zal eerst vragen
wat er gebeurd tijdens dit stuk. Waarom verschilt deze met alle andere? Het
antwoord is dat de toonhoogte anders is. De leerlingen mogen opnieuw dit stukje
van de grafische partituur maken alleen dit keer mogen ze zelf bepalen hoe ze
het verschil in toonhoogte gaan aangeven. Maken ze de huisjes ook een andere
kleur of zullen ze de huisje hoger maken
om de hoge klanken aan te geven. Alles mag zolang ze alleen de
toonhoogte anders aangeven.
Wat kunnen de
leerlingen doen?
De leerlingen kunnen zelf creëren door de opdracht die ik ze
ga geven. Ook kunnen ze zelf noteren door na te denken welk muziekstuk zich
herhaalt en hoe vaak.
Didactische werkvorm
voor activiteit:
opdrachtvorm: de
leerlingen krijgen 2 opdrachten. De eerste is als opening van de les en de
tweede is ook wel de verwerkingsopdracht. Ze mogen zelf een grafische partituur
maken van het liedje. Er zijn twee mogelijkheden:
1. De
klas word onderverdeeld in groepjes en elk groepje mag 1 deel van het liedje in
een grafische partituur verwerken. Hierbij is het belangrijk dat er eerst
klassikaal besproken is hoeveel soorten stukken er zijn en waar de verschillen
op gebaseerd zijn.
2. De
leerlingen mogen individueel het stuk met de bruine huisjes op de grafische
partituur veranderen. Ze mogen allemaal
hetzelfde stuk veranderen. Hierbij is het belangrijk dat de leerlingen weten
dat de toonhoogte hier anders is.
Coöperatief leren:
De leerlingen kunnen samen werken om de opdracht te maken in
groepjes. Als leerlingen al enige ervaring hebben met een grafische partituur
kunnen ze ook gezamenlijk een grafische
partituur maken voor dit liedje. Klassikaal moet er eerst goed besproken worden
welke stuken worden herhaalt en wat er steeds gebeurt bij de nieuwe stukken.
Verandert de toonhoogte?
Verassende opening:
De leerlingen krijgen de opdracht om te luisteren naar het
liedje en een tekening te maken van wat ze voelen/denken bij dit nummer. De
titel word niet gezegd tegen de leerlingen zodat ze ook niet weten dat het over
wind gaat. Daarna bespreken we klassikaal wat iedereen dacht en daarvan maak ik
een woordweb.
2.0 Feedback Sanne-Marije Rijn:
Beoordeeld door Sanne-marije Rijn
Je hebt goed alle aspecten van een grafische partituur uitgewerkt. Bij het aspect klank heb je goed de klankduur,klankhoogte, klanksterkte en klankkleur uitgewerkt. Ook bij het aspect vorm heb je alles goed uitgewerkt. Je hebt duidelijk de vormprincipes,vormeenheden en compositievormen naar voren gebracht. Het aspect betekenis bestaat uit programma muziek, eigen betekenis en de functies van muziek, dit heb je ook goed uitgewerkt. Je hebt door verschillende symbolen te gebruiken een duidelijk beeld gegeven over hoe het muziekstuk in elkaar zit. Je hebt de juiste symbolen gebruikt die met de wind te maken hebben, zoals een ballon die door de wind wordt weggeblazen. De opdracht en wat de leerlingen kunnen doen, wordt ook goed naar voren gebracht. Het is goed dat je twee didactische werkvormen hebt gekozen in plaats van één werkvorm. Mijn tip voor je is dat je beter kan uitleggen wat de symbolen precies betekenen. Mijn top is dat je de opdracht gedetailleerd hebt uitgewerkt en de partituur ziet er super mooi uit.
Groetjes,
Sanne-Marije
Geen opmerkingen:
Een reactie posten